Toelichting op de balans

Voortgang activiteiten

Vaste activa

Terug naar navigatie - Vaste activa

Vaste activa

Terug naar navigatie - Vaste activa

Immateriële vaste activa

(bedragen x € 1.000) 2024 2023
Kosten afsluiten geldleningen/saldo agio en disagio    
Kosten onderzoek en ontwikkeling    
Bijdragen aan activa in eigendom van derden 0 0
Totaal 0 0

 

Materiële vaste activa

Investeringen (bedragen x € 1.000) 2024 2023
In erfpacht uitgegeven gronden    
Waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven 5.522 5.756
Overige investeringen met een economisch nut 86.532 77.268
Investeringen in de openbare ruimte met uitsluitend maatschappelijk nut 3.015 3.285
Investeringen in de openbare ruimte met uitsluitend maatschappelijk nut vanaf 2017 geactiveerd 17.083 16.852
Totaal investeringen 112.152 103.161

 

Het onderstaande overzicht geeft het verloop van de boekwaarde van de overige investeringen met economisch nut over 2024 weer.

Activasoort (bedragen x € 1.000) Boekwaarde 1-1 Herrubricering     Investeringen Desinvesteringen Afschrijvingen Bijdragen van derden Afwaarderingen

Boekwaarde

31-12

Gronden en terreinen 1.113             1.113
Woonruimten 420   401   -16     805
Bedrijfsgebouwen 61.861   11.410   -1.465 -631   71.175
Grond-, weg-, en waterbouwkundige werken 1.905   561   -67     2.399
Vervoersmiddelen 9.770   6   -593     9.183
Machines, apparaten en installaties 1.581       -174     1.407
Overige materiële vaste activa 618       -168     450
Totaal 77.268   12.378   -2.483 -631   86.532

 

Het onderstaande overzicht geeft het verloop van de boekwaarde over 2024 weer van de investeringen met economisch nut waarvoor ten bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven:

Activasoort

(bedragen x € 1.000)

Boekwaarde 1-1 Herrubricering Investeringen Desinvesteringen Afschrijvingen Bijdragen van derden Afwaarderingen

Boekwaarde

31-12

Grond-, weg-, en waterbouwkundige werken 5.744       -232     5.512
Machines, apparaten en installaties 12       -2     10
Totaal 5.756       -234     5.522

 

Het onderstaande overzicht geeft het verloop van de boekwaarde van de investeringen met maatschappelijk nut over 2024 weer:

Activasoort (bedragen x € 1.000) Boekwaarde 1-1 Herrubricering Investeringen Desinvesteringen Afschrijvingen Bijdragen van derden Afwaarderingen

Boekwaarde

31-12

Gronden en terreinen     36         36
Bedrijfsgebouwen 588       -35     553
Grond-, weg-, en waterbouwkundige werken 17.675   1.345   -620 -599   17.801
Overige materiële vaste activa 1.874       -166     1.708
Totaal 20.137   1.381   -821 -599   20.098

Eenmalige afschrijvingen
In 2024 hebben er geen eenmalige afschrijvingen plaatsgevonden.

Mogelijk af te stoten vaste activa
Niet van toepassing.

 

Financiële vaste activa
Het verloop van de financiële vaste activa gedurende het jaar 2024 wordt in onderstaand overzicht weergegeven:

(bedragen x € 1.000) Boekwaarde 1-1 Investeringen Desinvesteringen Aflossingen / Afschrijvingen Afwaarderingen Boekwaarde 31-12
Kapitaalverstrekkingen aan:            
- deelnemingen 795         795
- gemeenschappelijke regelingen            
- overige verbonden partijen            
Leningen aan:            
- woningbouwcorporaties            
- deelnemingen            
- overige verbonden partijen            
Overige langlopende leningen u/g 6.743 335   -502   6.576
Overige uitzettingen met een rentetypische looptijd van een jaar of langer 4.003     -4.003   0
Bijdragen aan activa in eigendom van derden            
Totaal 11.541 335   -4.505   7.371

Ermelo heeft € 4.000.000 in langlopende deposito's uitgezet. Gezien het langlopende karakter zijn de deposito's als een financieel vast actief gepresenteerd. In 2024 was de looptijd van de deposito's afgelopen en is het bedrag uitgekeerd.

De deelnemingen betreffen:

  • Inclusief Groep/voormalig RNV € 433.000
  • Alliander € 155.000
  • Bank Nederlandse Gemeenten € 170.000
  • Afvalsturing € 27.000
  • Recreatiegemeenschap Veluwe Holding € 7.000
  • Vitens € 2.000
  • Handel & ambacht, garantiekap. R.D.C. € 400

De langlopende leningen u/g betreffen:

  • Renteloze lening woningbouw € 37.000
  • Startersleningen woningbouw € 2.646.000
  • Duurzaamheidssttimuleringsleningen woningbouw € 1.559.000
  • Overbruggingskrediet onderwijs € 500.000, is afgelost in 2024
  • Alliander € 1.566.000
  • Toekomstbestendig wonen € 750.000
  • Hypothecaire lening woningbouw € 18.000

Vlottende activa

Terug naar navigatie - Vlottende activa

Vlottende activa

Terug naar navigatie - Vlottende activa

Voorraden
De in de balans opgenomen voorraden worden uitgesplitst naar de volgende categorieën:

bedragen x € 1.000 2024 2023
Grond- en hulpstoffen, gespecificeerd naar:
- niet in exploitatie genomen bouwgronden
- overige grond- en hulpstoffen
   
Onderhanden werk, waaronder bouwgrond in exploitatie 1683 1.351
Gereed product en handelsgoederen    
Vooruitbetalingen    
Totaal 1.683 1.351

 

Van de bouwgronden in exploitatie kan van het verloop in 2024 het volgende overzicht worden gegeven:
In onderstaande tabel kunnen kleine afrondingsverschillen voorkomen.

bedragen x € 1.000 Boekwaarde 1-1

Van gronden niet in exploitatie

Investeringen Opbrengsten Winstuitname

Aanwenden verliesvoorziening

Boekwaarde 31-12 Voorziening verlies-latend complex** Balanswaarde 31-12
Het Trefpunt  -216   55           -161
Veldzicht Noord fase 4 1.567   107   170       1.844
Totaal 1.351   162   170       1.683
Nog te maken kosten 429
Totaal exploitatiekosten 2.112
Nog te verwachten opbrengsten 2.532
Verwacht exploitatieresultaat (voordelig) 420

*De afwijking op de boekwaarde van Het Trefpunt heeft te maken met een btw-correctie uit het verleden doordat er een naheffingsaanslag is opgelegd met betrekking tot voorgaande jaren.
** De verliesvoorzieningen worden, conform het BBV, verminderd op de geactiveerde kosten.

 

Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar
De in de balans opgenomen uitzettingen met een looptijd van een jaar of minder kunnen als volgt gespecificeerd worden:

Uitzettingen korter dan een jaar ( bedragen x € 1.000) saldo 31-12-2024 Voorziening oninbaarheid Gecorrigeerd saldo 31-12-2024 Gecorrigeerd saldo 31-12-2023
Vorderingen op openbare lichamen 7.116   7.116 7.522
Verstrekte kasgeldleningen aan openbare lichamen        
Verstrekte kasgeldleningen        
Uitzettingen in 's Rijks schatkist met een rentetypische looptijd korter dan één jaar        
Rek. crt. met het Rijk 29.412   29.412 27.682
Rek. crt. verhoudingen met niet financiële instellingen        
Overige vorderingen 2.913 -836 2.077 1.393
Overige uitzettingen        
Totaal 39.441 -836 38.605 36.597

De voorziening oninbaarheid betreft de voorziening dubieuze debiteuren voor reguliere vorderingen van € 497.000 en vorderingen van Sociale Zaken van € 338.539.

 

Berekening benutting drempelbedrag schatkistbankieren (bedragen x € 1.000)

Verslagjaar 2024
(1) Drempelbedrag        
  Kwartaal 1 Kwartaal 2 Kwartaal 3 Kwartaal 4
(2) Kwartaalcijfer op dagbasis buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen 407 409 409 408
(3a) = (1) > (2) Ruimte onder het drempelbedrag 1.520 1.518 1.518 1.520
(3b) = (2) > (1) Overschrijding van het drempelbedrag - - - -
 
(1) Berekening drempelbedrag
(4a) Begrotingstotaal verslagjaar 96.362      
(4b) Het deel van het begrotingstotaal dat kleiner of gelijk is aan € 500 miljoen 96.362      
(4c) Het deel van het begrotingstotaal dat de € 500 miljoen te boven gaat        
(1) = (4b)*0,02 + (4c)*0,002 met een minimum van € 1.000.000 als het begrotingstotaal kleiner of gelijk is aan 500 mln. En als begrotingstotaal groter dan € 500 miljoen is is het drempelbedrag gelijk aan € 10 miljoen, vermeerderd met 0,2% van het deel van het begrotingstotaal dat de € 500 miljoen te boven gaat. Drempelbedrag 1927,24      
 
(2) Berekening kwartaalcijfer op dagbasis buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen

 

Kwartaal 1 Kwartaal 2 Kwartaal 3 Kwartaal 4
(5a) Som van de per dag buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen (negatieve bedragen tellen als nihil)

37.022

37.232 37.657 37.506
(5b) Dagen in het kwartaal 91 91 92 92
(2) - (5a) / (5b) Kwartaalcijfer op dagbasis buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen 407 409 409 408

 

Liquide middelen
Het saldo van de liquide middelen bestaat uit de volgende componenten:

bedragen x € 1.000 2024 2023
Kassaldi    
Banksaldi 406 408
Totaal 406 408

 

Overlopende activa
De post overlopende activa kan als volgt worden onderscheiden:

bedragen x € 1.000 2024 2023
Vooruitbetaalde bedragen 611 342
Nog te ontvangen bedragen 4.628 4.784
Nog te ontvangen overheidsbijdragen met een specifiek bestedingsdoel 1.955 1.749
Totaal 7.194 6.875

De vooruitbetaalde bedragen per 31 december 2024 van € 611.000 zijn te splitsen in:

  • Tussenrekeningen € 22.000
  • Vooruitbetaald in 2024 € 312.000
  • Vooruitbetaalde subsidie NIP (Nationaal Isolatie Programma) € 277.000

Uitzettingen korter dan één jaar en Overlopende activa hebben overwegend een kortlopend karakter en worden binnen één jaar na balansdatum afgewikkeld.

 

Van Europese of Nederlands overheidslichamen ontvangen, nog te ontvangen specifieke uitkeringen: 

Omschrijving (bedragen x € 1.000)  Saldo 31-12-2023 Ontvangen Toevoeging  Saldo 31-12-2024
Tijdelijke impulsregeling klimaatadaptatie 2021–2027 328     328
SPUK IZA-doelen 2023-2026 142 -142 68 68
SPUK Sport 547     547
Regeling specifieke uitkering gemeentelijke hulp aan gedupeerden kinderopvangtoeslagproblematiek 64 -64 45 45
Bekostigingsregeling opvang ontheemden Oekraïne 39 -3.611 3.912 340
SPUK ventilatie in scholen 604   23 627
Tijdelijke regeling stimuleren maatregelen tweede fase Deltaprogramma zoetwater 25 -25    
Totaal 1.749 -3.797 4.003 1.955

 

Vaste passiva

Terug naar navigatie - Vaste passiva

Vaste passiva

Terug naar navigatie - Vaste passiva

Eigen vermogen
Het in de balans opgenomen Eigen vermogen bestaat uit de volgende posten:

bedragen x € 1.000 2024 2023
Algemene Reserves 15.321 8.408
Bestemmingsreserves:
- voor egalisatie van tarieven
- overige bestemmingsreserves
55.734 45.938
Resultaat na bestemming 1.875 11.132
Totaal 72.930 65.478

 

Voorzieningen
De voorzieningen kunnen als volgt worden onderverdeeld:

bedragen x € 1.000 2024 2023
Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico's 4.726 4.138
Onderhoudsegalisatievoorzieningen 1.325 888
Voorzieningen voor toekomstige vervangingsinvesteringen met heffing    
Door derden beklemde middelen met een specifieke aanwendingsrichting 10.802 10.372
Totaal 16.853 15.398

De verliesvoorziening grondexploitatie wordt, conform het BBV, verminderd op de geactiveerde kosten. De voorzieningen dubieuze debiteuren voor reguliere vorderingen en vorderingen van Sociale Zaken worden, conform het BBV, in mindering gebracht op het debiteurensaldo.
Voor een verdere toelichting op de reserves en voorzieningen wordt verwezen naar Reserves en Voorzieningen.

 

Vaste schulden, met een rentetypische looptijd van één jaar of langer

bedragen x € 1.000 2024 2023
Obligatieleningen    

Onderhandse leningen:

- binnenlandse pensioenfondsen en verzekeringsinstellingen
- binnenlandse banken en overige financiële instellingen
- binnenlandse bedrijven
- overige binnenlandse sectoren
- buitenlandse instellingen, fondsen, banken, bedrijven en overige sectoren

59.500 64.550
  59.500 64.550
Door derden belegde gelden    
Waarborgsommen 1 1
Totaal 59.501 64.551

 

In onderstaand overzicht wordt het verloop van de vaste schulden over het jaar 2024 weergegeven.

bedragen x € 1.000 Saldo
31-12-2023
Vermeerderingen Aflossingen Saldo
31-12-2024
Obligatieleningen        
Onderhandse leningen 64.550   -5.050 59.500
Door derden belegde gelden        
Waarborgsommen 1     1
Totaal 64.551   -5.050 59.501

De totale rentelast voor het jaar 2024 met betrekking tot de vaste schulden bedroeg € 995.000.
Aflossingsverplichting 2025: In 2025 zal € 4.500.000 worden afgelost op de onderhandse leningen.

Vlottende passiva

Terug naar navigatie - Vlottende passiva

Vlottende passiva

Terug naar navigatie - Vlottende passiva

Netto-vlottende schulden, met een rentetypische looptijd korter dan één jaar
Onder de vlottende passiva zijn opgenomen:

bedragen x € 1.000 2024      2023
Schulden korter dan een jaar 5.701 2.275
Overlopende passiva 12..426 12.231
Totaal 18,.127 14.506

 

Kortlopende schulden
De in de balans opgenomen kortlopende schulden kunnen als volgt worden gespecificeerd:

bedragen x € 1.000 2024 2023
Kasgeldleningen    
Banksaldi    
Overige schulden 5.701 2.275
Totaal 5.701 2.275

 

Overlopende passiva
De specificatie van de post overlopende passiva is als volgt:

bedragen x € 1.000 2024 2023
Vooruitontvangen bedragen 398 276
Vooruitontvangen overheidsbijdragen met een specifiek bestedingsdoel 7.280 6.668
Nog te betalen bedragen 4.748 5.287
Totaal 12.426 12.231

 

In onderstaande tabel wordt de post "Vooruitontvangen overheidsbijdragen met een specifiek bestedingsdoel" gespecificeerd:

Omschrijving (bedragen x € 1.000) Saldo 1-1-2024 Afwikkeling uitgaven 2024 Vrijval Nieuw 2024 Saldo 31-12-2024
Europese overheid          
Rijk 4.291 -4.662   5.894 5.523
Overige Nederlandse overheden 2.377 -756   136 1.757
Totaal 6.668 -5.418   6.030 7.280

 

Van Europese of Nederlands overheidslichamen ontvangen, nog te besteden specifieke uitkeringen:

Omschrijving, bedragen x € 1.000 Saldo 31-12-2023 Toevoeging Vrijval /uitgaven Saldo 31-12-2024
Begeleiden ex-gedetineerden 29   -2 27
Instandhoudingssubsidie (SIM) -11 7 -6 -10
Duurzaam maatschappelijk vastgoed (DUMAVA)   35   35
Reductie energiegebruik woningen 49   -49  
Regeling stimulering verkeersveiligheidsmaatregelen 2020-2021 318     318
SPUK  Onderwijs achterstandenbeleid 505 149 -225 429
Middelen inhalen COVID-19 gerelateerde onderwijsvertragingen 99   -56 43
SPUK Sport 3 1.745 -1.748 0
Lokale sportakkoorden en leefstijlinterventies 38   -38 0
SPUK Vastgoedtransitie gesloten jeugdhulp 2020 - 2023 539     539
SPUK lokale preventieakkoorden of preventieaanpakken 2     2
SPUK vastgoedtransitie residentiële jeugdhulp 2021 80     80
TOZO 56   -25 31
Subsidieregeling sanering verkeerslawaai 137     137
Wet Inburgering 225 663 -287 601
Aanpak Energiearmoede 390   -188 202
Onderwijsroute 13 106 -94 25
Regeling stimulering verkeersveiligheidsmaatregelen 2022-2023 125     125
Tijdelijke impulsregeling klimaatadaptatie 2021–2027 128     128
SPUK Breed 74 433 -420 87
SPUK Besluit bijstandsverlening zelfstandigen 2004 (Bbz)   2   2
SPUK Meerkosten Energie Openbare Zwembaden 269 64 -63 270
SPUK IZA-doelen 2023-2026 142 68 -210 0
Tijdelijke regeling capaciteit decentrale overheden voor klimaat-.en energiebeleid 450 652 -244 858
SPUK Nationaal Isolatieprogramma 631 968 -55 1.544
SPUK versterking cliëntondersteuning 2024   50   50
Totaal 4.291 4.942 -3.710 5.523

 

Waarborgen en garanties
Het, buiten de telling van de balans, vermelde bedrag voor verstrekte waarborgen aan natuurlijke- en rechtspersonen kan als volgt naar de aard van de geldlening gespecificeerd worden:

Geldnemer (bedragen x € 1.000)

Aard / omschrijving Percentage borgstelling  Restant begin jaar Restant eind jaar
Eleos, Stichting gereformeerde geestelijke gezondheidszorg financiering Huize Regenboog 100% 114 107
Inclusief Groep werkvoorziening 1/7 deel (7 RNV gemeenten) 210 198
Sportaccommodaties: afhechting Telgtereng A garantie afhechting sportpark Telgtereng 100% 127 117
Sportaccommodaties: afhechting Telgtereng B garantie afhechting sportpark Telgtereng 100% 70 64
Vestia Groep sociale woningbouw indirect 722 651
Woningstichting UWOON (De Groene Zoom) sociale woningbouw indirect 105.847 119.600
Totaal 107.090 120.737

In 2024 zijn geen betalingen verricht wegens de verleende borg- en garantstellingen. Via het Waarborgfonds Sociale Woningbouw staat de gemeente Ermelo per balansdatum garant voor € 119.599.000 voor leningen van UWOON en voor € 651.000 voor leningen van de Vestia Groep. De financiële positie van UWOON is goed. De financiële positie van de Vestia Groep staat al enkele jaren onder druk als gevolg van grote verliezen in de derivatenpositie. Ermelo verwacht echter niet dat er aanspraak gemaakt hoeft te worden op de garantstelling van het Rijk en gemeenten. Indien wel een renteloze lening aan het Waarborgfonds verstrekt had moeten worden ter grootte van het schadebedrag dan becijferen wij dit risico als volgt: 25% * € 651.000 = € 162.750. Het financieel risico is dan de rentederving, zijnde 3,75% * € 162.750 = € 6.103,15. Dit risico is opgenomen in de paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing.

 

Niet in de balans opgenomen belangrijke financiële verplichtingen waaraan de gemeente voor de toekomstige jaren is verbonden
De gemeente Ermelo heeft op diverse gebieden contracten afgesloten. Hieronder volgt een opsomming van de belangrijkste van deze verplichtingen.

Betreft Aard Einddatum contract Bedrag verplichting
Levering gas Raamovereenkomst 31-12-2025 Varieert per jaar
Afvalbeheer Raamovereenkomst met meerdere aanbieders Varieert per aanbieder Varieert per jaar
Verzekeringen Raamovereenkomst met meerdere aanbieders Varieert per aanbieder Varieert per jaar
Elektriciteit Raamovereenkomst 31-12-2025 Varieert per jaar
Juridische adviesdiensten Raamovereenkomst Varieert per contract Varieert per jaar
Uitzendkrachten / tijdelijk personeel Raamovereenkomst met meerdere aanbieders Varieert per aanbieder Varieert per jaar
Schoonmaakonderhoud, vloeronderhoud en Glasbewassing  Raamovereenkomst 30-11-2025 Varieert per jaar
Accountantsdiensten  Raamovereenkomst 31-12-2027 Varieert per jaar
Aanleg en onderhoud straatmeubilair en speeltoestellen Raamovereenkomst met meerdere aanbieders 31-12-2026 Varieert per jaar
Aanleg  en onderhoud wegennet Raamovereenkomst met meerdere aanbieders Varieert per aanbieder Varieert per jaar
Openbare verlichting Raamovereenkomst 31-12-2026 Varieert per jaar
Groenvoorziening Raamovereenkomst met meerdere aanbieders Varieert per aanbieder Varieert per jaar
Leerlingenvervoer Raamovereenkomst 31-12-2026 Varieert per jaar
WMO (diverse) Raamovereenkomst met meerdere aanbieders Varieert per aanbieder Varieert per jaar
Jeugdhulp (diverse) Raamovereenkomst met meerdere aanbieders Varieert per aanbieder Varieert per jaar
Aanleg en onderhoud riolering, zuivering Raamovereenkomst 31-12-2027 Varieert per jaar
Onderhoud gebouwen installaties Raamovereenkomst met meerdere aanbieders Varieert per aanbieder Varieert per jaar

 

Gebeurtenissen na balansdatum
Alle ten tijde van het opmaken van de jaarrekening beschikbare informatie omtrent de feitelijke situatie per balansdatum is bij het opmaken van de jaarrekening in aanmerking genomen en verwerkt. Er hebben zich na het opmaken van de jaarrekening geen gebeurtenissen van betekenis voorgedaan die nadere informatie geven over de feitelijke situatie op balansdatum.

Reserves en Voorzieningen

Terug naar navigatie - Reserves en Voorzieningen

Algemene informatie

Terug naar navigatie - Algemene informatie

In dit hoofdstuk vindt u informatie met betrekking tot de reservepositie van Ermelo. Onder de reservepositie wordt verstaan het totaal van alle reserves en voorzieningen.

Ermelo kent van oudsher een riante reservepositie. Wel zijn er besluiten genomen om de reserves in te zetten als dekkingsmiddel (al dan niet in het kader van de ombuigings- en bezuinigingstrajecten) en/of ter realisatie van nieuwe voorzieningen. Gevolg is dat een behoorlijk deel van de huidige reservepositie hierdoor vastligt en dat de reservepositie dus de komende jaren langzaam maar zeker zal gaan afnemen. Wel staan er dan (nieuwe) voorzieningen tegenover.

Reserves en voorzieningen vallen onder het budgetrecht van de raad. Dit betekent dat instellen, wijzigen, afromen, opheffen, toevoegingen en beschikkingen altijd door de raad geautoriseerd moeten worden. Dit kan gebeuren bij de jaarlijkse programmabegroting en/of de tussentijdse begrotingswijzigingen (bestuursrapportages) en/of de jaarstukken.

Financieel kengetal: Solvabiliteitsratio
De solvabiliteitsratio geeft inzicht in de mate waarin de medeoverheid in staat is aan zijn financiële verplichtingen te voldoen. Het ratio wordt bepaald door het eigen vermogen (algemene en bestemmingsreserves en resultaat uit het overzicht van baten en lasten) uit te drukken in een percentage van het balanstotaal. Hoe hoger de solvabiliteitsratio, hoe groter de weerbaarheid.

Kengetal Jaarstukken
2020
Jaarstukken
2021
Jaarstukken
2022
Jaarstukken
2023
Begroting 2024 Jaarstukken 2024
Solvabiliteitsratio 39.7% B 42.2% C 23.2% A 40.9% B 34,5% B 44% B

De risico's in relatie tot het weerstandsvermogen
In de paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing wordt expliciet ingegaan op de omvang van het weerstandsvermogen en de weerstandscapaciteit ten opzichte van de risico's die daar tegen afgezet dienen te worden. Kortheidshalve volstaan wij hier met een verwijzing naar deze paragraaf.

Overzicht verloop reserves en voorzieningen

Terug naar navigatie - Overzicht verloop reserves en voorzieningen
Omschrijving Bedragen (x 1.000)
Saldo 1-1-2024
Bestemming saldo Jaarrekening 2023
Saldo 1-1-2024 incl. saldo Jaarrekening 2023
Ver- meerderingen
Ver- minderingen
Saldo 31-12-2024
Reserves algemene bestemming
Algemene reserve vrij besteedbaar
6.580
6.580
10.159
-3.973
12.766
Algemene risicoreserve
1.828
1.828
844
-117
2.555
Totaal reserves algemene bestemming
8.408
0
8.408
11.003
-4.090
15.321
Reserves specifieke bestemming
Bestemmingsreserve Vervangingsfonds I&A
27
27
-27
0
Bestemmingsreserve Grondexploitatie
4.099
4.099
2.170
-159
6.110
Bestemmingsreserve Egalisatie MJB
1.578
1.578
5.320
-3.875
3.023
Bestemmingsreserve Duurzaamheid
478
478
650
-128
1.000
Bestemmingsreserve Nieuwbouw sportcentra Calluna
16.917
16.917
16.917
Bestemmingsreserve GVVP (BBR)
3.764
3.764
-124
3.640
Bestemmingsreserve Overig V&V (BBR)
4.274
4.274
120
-186
4.208
Bestemmingsreserve CO (BBR)
3.327
3.327
-140
3.187
Bestemmingsreserve Bouwen (BBR)
260
260
-13
247
Bestemmingsreserve Sport (BBR)
76
76
-7
69
Bestemmingsreserve HvG
1.500
1.500
-75
1.425
Bestemmingsreserve MOP gebouwen
485
485
-189
296
Bestemmingsreserve Onderwijshuisvesting
750
750
Bestemmingsreserve Ontheemde Oekraïners
3.379
3.379
2.366
-5.745
0
Bestemmingsreserve Investeringen fysiek domein
3.000
3.000
3.000
Bestemmingsreserve Transitie Sociaal Domein
982
982
2.388
-206
3.164
Bestemmingsreserve Transitie Fysiek domein
792
792
-424
368
Bestemmingsreserve Strategische investeringen vakantieparken
1.000
1.000
1.000
Bestemmingsreserve Uitvoering moties
1.585
1.585
Bestemmingsreserve Huisvesting
5.745
5.745
Totaal reserves specifieke bestemming
45.938
0
45.938
21.094
-11.298
55.734
Subtotaal reserves
54.346
0
54.346
32.097
-15.388
71.055
Budgetoverheveling naar 2024
0
1.329
1.329
-1.329
0
Resultaat 2024 na bestemming
1.875
Totaal reserves
54.346
1.329
55.675
32.097
-16.717
72.930
Omschrijving Bedragen (x 1.000) - = voordeel
Saldo 1-1-2024
Vermeerderingen
Verminderingen
Vrijval
Saldo 31-12-2024
Voorzieningen
Voorziening egalisatie onderhoud
Voorziening groot onderhoud wegen
13
981
-992
2
Voorziening groot onderhoud verlichting
194
9
203
Voorziening civiele kunstwerken
123
37
-20
140
Voorziening kunstwerken
61
13
-15
59
Voorziening gemeentelijke gebouwen
441
257
-124
574
Voorziening Patrijzenhof 16
-15
15
0
*
Voorziening sanitaire units
49
-49
0
*
Voorziening hertenkamp
21
-21
0
*
Voorziening private accomodaties
446
-99
347
Van derden verkr. Middel. Spec. Besteding
Voorziening afvalstoffenheffing
570
-16
554
Voorziening afkoop schoonmaken graven
490
45
-10
525
Voorziening uitbreiding capaciteit begraafplaats
517
4
-100
421
Voorziening toekomstig onderhoud terrein begraafplaats
441
24
-38
427
Voorziening groot onderhoud Riolering
168
17
185
Voorziening egalisatie riolering
7.889
530
8.419
Voorziening boscompensatie
298
-27
271
Voorziening verplicht., verlies, risico
Voorziening pensioenverplichting wethouders
3.138
1.263
-167
4.234
Voorziening WGA-gelden
765
-592
173
Voorziening voormalig personeel
151
148
-151
148
Voorziening WW
39
49
-39
49
Voorziening verlofsparen
45
52
97
Voorziening RVU
25
25
Subtotaal
15.398
3.900
-2.445
0
16.853
Voorziening BBV artikel 63 lid 8
Voorziening dubieuze debiteuren
57
440
497
Voorziening dubieuze debiteuren Sociale Zaken
388
-50
338
Totaal voorzieningen
15.843
4.340
-2.495
0
17.688
* Deze 3 voorzieningen zijn over gegaan naar de voorziening gemeentelijke gebouwen. Bij de besluitvorming van de Najaarsrapportage 2024 is dit besloten.

Overzicht van structurele toevoegingen en onttrekkingen aan reserves

Terug naar navigatie - Overzicht van structurele toevoegingen en onttrekkingen aan reserves
Omschrijving reserve Bedragen (x 1.000)
Saldo 1-1-2024
Vermeerderingen
Verminderingen
Saldo 31-12-2024
incidenteel
structureel
incidenteel
structureel
RESERVES ALGEMENE BESTEMMING
Algemene reserve vrij besteedbaar
6.580
10.159
-3.943
-30
12.766
Algemene risicoreserve
1.828
844
-117
2.555
Subtotaal
8.408
11.003
0
-4.060
-30
15.321
RESERVES SPECIFIEKE BESTEMMING
Bestemmingsreserve Vervangingsfonds I&A
27
-27
0
Bestemmingsreserve Grondexploitatie
4.099
2.170
-150
-9
6.110
Bestemmingsreserve Egalisatie MJB
1.578
5.320
-3.875
3.023
Bestemmingsreserve Duurzaamheid
478
525
125
-72
-56
1.000
Bestemmingsreserve Nieuwbouw sportcentra Calluna
16.917
16.917
Bestemmingsreserve GVVP (BBR)
3.764
-124
3.640
Bestemmingsreserve Overig V&V (BBR)
4.274
120
-186
4.208
Bestemmingsreserve CO (BBR)
3.327
-140
3.187
Bestemmingsreserve Bouwen (BBR)
260
-13
247
Bestemmingsreserve Sport (BBR)
76
-7
69
Bestemmingsreserve HvG
1.500
-75
1.425
Bestemmingsreserve MOP gebouwen
485
-189
296
Bestemmingsreserve Onderwijshuisvesting
0
750
750
Bestemmingsreserve Ontheemde Oekraïners
3.379
2.366
-5.745
0
Bestemmingsreserve Investeringen fysiek domein
3.000
3.000
Bestemmingsreserve Transitie Sociaal Domein
982
2.388
-206
3.164
Bestemmingsreserve Transitie Fysiek domein
792
-424
368
Bestemmingsreserve Strategische investeringen vakantieparken
1.000
1.000
Bestemmingsreserve Uitvoering moties
1.585
1.585
Bestemmingsreserve Huisvesting
5.745
5.745
Subtotaal
45.938
20.219
875
-10.688
-610
55.734
Budgetoverheveling naar 2024
1.329
-1.329
0
Resultaat 2024 na bestemming
1.875
Totaal reserves
55.675
31.222
875
-16.077
-640
72.930

Analyse reserves en voorzieningen

Terug naar navigatie - Analyse reserves en voorzieningen
Omschrijving
Grootboek
Totaal begroting
Geboekt
Verschil
Toelichting (afgeronde bedragen met een minimum van € 5.000)
Reserves
RES0001 Algemene reserve (vrij besteedbaar)
47100
-4.699.000
-3.973.399
-725.601
In de begroting van 2024 is € 318.000 geraamd als dekking voor uitgaven die niet worden uitgevoerd of waarvan de werkelijke kosten lager waren. Het overige verschil van € 407.000 wordt verklaard door verschillende budgetoverhevelingen naar 2025.
RES0002 Algemene Risicoreserve
47100
-398.000
-116.591
-281.409
Het verschil van € 282.000 wordt verklaard door budgetoverheveling naar 2025.
RES0004 Best.reserve Grondexploitatie
47100
-253.000
-169.000
-84.000
Het verschil van € 84.000 wordt verklaard door budgetoverheveling naar 2025.
87100
2.000.000
2.170.000
-170.000
Storting vanuit de winstneming van de GREX-complexen.
RES0008 Best.reserve Duurzaamheid
47100
-185.000
-129.094
-55.906
De werkelijke uitgaven zijn lager dan de geraamde onttrekkingen.
RES0017 Best.reserve MOP gebouwen
47100
-199.000
-188.133
-10.867
De werkelijke uitgaven zijn lager dan de geraamde onttrekkingen.
RES0022 Best.reserve Transitie Sociaal Domein
47100
-404.000
-206.000
-198.000
In de begroting van 2024 is € 88.000 geraamd als dekking voor uitgaven die niet worden uitgevoerd of waarvan de werkelijke kosten lager waren. Het overige verschil van € 110.000 wordt verklaard door budgetoverhevelingen naar 2025.
Totaal reserves
-1.525.783
Omschrijving
Grootboek
Totaal begroting
Geboekt
Verschil
Toelichting (afgeronde bedragen met een minimum van € 5.000)
Voorzieningen
VRZ0002 Afvalstoffenheffing
87200
24.000
0
24.000
Beschikking afval 2024
47200
-82.000
-16.268
-65.732
Beschikking afval 2024
VRZ0003 Afkoop schoonmaken graven
87200
7.000
45.187
-38.187
Werkelijke boekingen ten opzichte van de begroting.
VRZ0004 Uitbr.capaciteit begraafplaats
47200
-197.000
-100.000
-97.000
De budgetten voor de realisatie van het verzamelgrafmonument en de -grafkelders worden gedekt uit de voorziening uitbreiding begraafplaats en € 97.000 wordt overgeheveld naar 2025.
VRZ0005 Toekomst.ondh.terrein begraafplaats
87200
14.000
24.452
-10.452
Werkelijke boekingen ten opzichte van de begroting.
VRZ0007 Egalisatie riolering
87200
1.757.000
530.165
1.226.835
Beschikking riolering 2024
47200
-1.197.000
0
-1.197.000
Beschikking riolering 2024
VRZ0008 Boscompensatie
43802
0
-26.114
26.114
Werkelijke boekingen ten opzichte van de begroting.
VRZ0016 Groot onderhoud wegen
87200
921.000
981.000
-60.000
Extra storting ivm onvoldoende saldo in de voorziening.
43802
-933.000
-992.000
59.000
Werkelijke boekingen ten opzichte van de begroting.
VRZ0022 Pensioenverpl. wethouders
87200
588.000
1.232.878
-644.878
Aanvullende storting in de voorziening.
47200
-83.000
-137.680
54.680
Werkelijke boekingen ten opzichte van de begroting.
VRZ0023 WGA-lasten
47200
-567.000
-591.603
24.603
Gemeente Ermelo is eigenrisicodrager voor de WGA-uitkering van (ex-)werknemers. Dit betekent dat de betaling van de WGA-uitkering en de kosten van de re-integratie voor rekening van de gemeente komen.
VRZ0024 Dubieuze debiteuren
87200
2.000
440.000
-438.000
Toevoeging aan de voorziening in verband met opgelegde dwangsommen.
VRZ0025 Dubieuze debiteuren SoZa
87200
50.000
0
50.000
Toevoegingen en onttrekkingen aan de voorziening vinden plaats op basis van in- en oninbaarheid van vorderingen op debiteuren Sociale Zaken.
47200
0
-49.717
49.717
Toevoegingen en onttrekkingen aan de voorziening vinden plaats op basis van in- en oninbaarheid van vorderingen op debiteuren Sociale Zaken.
VRZ0028 Voormalig personeel
87200
114.000
148.230
-34.230
Toevoeging aan voorziening in verband met wachtgelden voormalig personeel.
47200
-122.000
-151.329
29.329
Onttrekking aan voorziening in verband met uitbetaling wachtgelden oud-burgemeester en ex-wethouder.
VRZ0030 Gemeentelijke gebouwen
43802
-342.000
-124.014
-217.986
Werkelijke boekingen ten opzichte van de begroting. In 2022 is besloten dat een aantal van de meerjarigonderhoudsvoorzieningen tot één voorziening gemeentelijke gebouwen worden samengevoegd. De uitgaven voor grootonderhoud worden uit deze voorziening gedekt.
VRZ0031 MJOP Patrijzenhof 16
87200
0
14.656
-14.656
Opheffen voorziening
VRZ0032 MJOP sanitaire units
47200
0
-49.144
49.144
Opheffen voorziening
VRZ0033 MJOP hertenkamp
47200
0
-21.000
21.000
Opheffen voorziening
VRZ0034 Voorziening WW
87200
0
49.000
-49.000
Toevoeging aan de voorziening vanwege WW verplichting.
VRZ0035 Voorziening verlofsparen
87200
0
52.000
-52.000
Toevoeging op basis van werkelijk opgebouwd spaarverlof.
Totaal voorzieningen
-1.304.699

Grondslagen

Terug naar navigatie - Grondslagen

Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling

Terug naar navigatie - Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling

Wettelijke bepalingen
Met ingang van 1 januari 2004 is het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten 2004 (BBV) in werking getreden en is het Besluit Comptabiliteitsvoorschriften 1995 (CV95) vervallen. De Jaarstukken 2024 zijn opgemaakt met inachtneming van de voorschriften conform het BBV. In aanvulling hierop is ook rekening gehouden met de notities, stellige uitspraken en aanbevelingen van de commissie BBV.

Algemene grondslagen voor het opstellen van de jaarrekening
De waardering van de activa en passiva en de bepaling van het resultaat vindt plaats op basis van historische kosten. Tenzij bij het desbetreffende balanshoofd anders is vermeld, worden de activa en passiva opgenomen tegen nominale waarden. De jaarrekening is opgesteld conform het continuïteitsprincipe ('going concern'). Uitgangspunt is dat de huidige activiteiten in de toekomst worden voortgezet. De baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben. Baten en winsten worden slechts genomen voor zover zij op de balansdatum zijn gerealiseerd. Verliezen en risico's die hun oorsprong vinden voor het einde van het begrotingsjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarstukken bekend zijn geworden. Dividendopbrengsten van deelnemingen worden als baten genomen in het jaar waarin het dividend betaalbaar gesteld wordt (besluit tot toekenning van het dividend door de Algemene Vergadering van Aandeelhouders). Personeelslasten worden in principe toegerekend aan het boekjaar waarop ze betrekking hebben. Als gevolg van het formele verbod op het opnemen van voorzieningen c.q. schulden uit hoofde van jaarlijks terugkerende arbeidskostengerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume worden sommige personele lasten echter toegerekend aan de periode waarin uitbetaling plaatsvindt. Voor arbeidskostengerelateerde verplichtingen van een jaarlijks vergelijkbaar volume wordt geen voorziening getroffen of op andere wijze een verplichting opgenomen. De referentieperiode is dezelfde als die van de meerjarenraming, te weten vier jaar. Indien er sprake is van (eenmalige) schokeffecten (reorganisaties) dient wel een verplichting gevormd te worden. Er wordt geen rente toegerekend aan eigen financieringsmiddelen en dus ook niet als baat verantwoord of aan de reserves toegevoegd. Momenteel wordt er alleen rente toegerekend aan producten waar (kostendekkende) leges tegenover staan zoals riolering, afvalstoffen en begraafplaats en tevens aan de Grondexploitatie. Rentebaten van (nog lopende) beleggingen komen ten gunste van de algemene dekkingsmiddelen.

Balans
Artikel 59 BBV beschrijft het onderscheid tussen investeringen met uitsluitend maatschappelijk nut in de openbare ruimte en investeringen met een (beperkt) economisch nut. Investeringen die op enigerlei wijze kunnen leiden tot of bijdragen aan het verwerven van inkomsten zijn investeringen met economisch nut. De vraag of de investering geheel kan worden terugverdiend is niet relevant voor de classificatie. Bij lineaire afschrijving wordt over de investeringen op basis van de verwachte gebruiksduur jaarlijks een vast percentage van de verkrijgings- of vervaardigingsprijs afgeschreven. Afschrijvingen geschieden onafhankelijk van het resultaat van het boekjaar. Dit is de meest voorkomende afschrijvingsvorm. In het eerste jaar worden geen kapitaallasten berekend. In de volgende jaren wordt, zolang het investeringskrediet niet is afgesloten, uitsluitend de rente berekend. Pas na het volledig afsluiten van het krediet c.q. voltooien van de investering worden de volledige kapitaallasten (rente en afschrijving) opgenomen.

Immateriële vaste activa
De immateriële vaste activa worden gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs verminderd met de afschrijvingen en waardeverminderingen die naar verwachting duurzaam zijn. De kosten van onderzoek en ontwikkeling worden niet geactiveerd, maar worden in één keer ten laste van de exploitatie gebracht. Afsluitkosten van opgenomen geldleningen worden niet geactiveerd. Bijdragen aan activa in eigendom van derden worden geactiveerd. Dergelijke geactiveerde bijdragen zijn gewaardeerd op het bedrag van de verstrekte bijdragen, verminderd met afschrijvingen. De verleende bijdragen worden afgeschreven in de periode waarin het betrokken actief van de derde op basis van de door de gemeente gestelde voorwaarden moet bijdragen aan de publieke taak. Als gevolg van de BBV wijziging 2017 is deze categorie verhangen van de Financiële vaste activa naar de Immateriële vaste activa.

Materiële vaste activa
Investeringen met economisch nut
Deze materiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs. Specifieke investeringsbijdragen van derden worden op de desbetreffende investering in mindering gebracht. In die gevallen wordt op het saldo afgeschreven. De in erfpacht uitgegeven percelen zijn gewaardeerd tegen de eerste uitgifteprijs (i.c. de waarde die bij eerste uitgifte als basis voor de canonberekening in aanmerking is genomen). Percelen waarvan de erfpacht eeuwigdurend is afgekocht, zijn tegen een geringe registratiewaarde opgenomen. Slijtende investeringen worden vanaf het moment van ingebruikneming lineair afgeschreven in de verwachte gebruiksduur, waarbij rekening wordt gehouden met een eventuele restwaarde. Op grondbezit met economisch nut (buiten de openbare ruimte) mag niet worden afgeschreven. Zie verder het Overzicht afschrijvingstermijnen en de afschrijvingstabel.
Bij de waardering van activa wordt in voorkomende gevallen rekening gehouden met een bijzondere vermindering van de waarde, indien deze naar verwachting duurzaam is. Dergelijke afwaarderingen worden teruggenomen als ze niet langer noodzakelijk blijken en geschieden onafhankelijk van het resultaat van het boekjaar. Volledigheidshalve vermelden wij dat op investeringen die vóór 2004 gedaan zijn soms extra is afgeschreven zonder economische noodzaak (ter verlichting van toekomstige lasten). Ook zijn in voorkomende gevallen reserves op dergelijke investeringen afgeboekt. Op de waarde van activa met economisch nut mogen vanaf 1 januari 2004 reserves niet meer in mindering worden gebracht. Investeringssubsidies en andere bijdragen van derden mogen wel in mindering worden gebracht. Compensabele BTW wordt niet geactiveerd.

Investeringen in de openbare ruimte met maatschappelijk nut
Overeenkomstig de door de gemeenteraad vastgestelde Nota Waarderen, Activeren en Afschrijven van Vaste Activa 2023 worden infrastructurele werken in de openbare ruimte, zoals bijvoorbeeld wegen, pleinen, bruggen, viaducten en parken geactiveerd en afgeschreven in 20 jaar. De ondergrond van deze werken wordt daarbij als integraal onderdeel van het werk beschouwd (en dus ook afgeschreven). Alle materiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijzen, verminderd met de eventuele bijdragen (subsidies) van derden, beschikkingen over reserves en voorzieningen (voor zover toegestaan). De normale jaarlijkse afschrijvingen zijn gebaseerd op de geschatte nuttigheidsduur.

Investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven
Bij besluit van 25 juni 2013 is het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV) gewijzigd. In het verleden was sprake van twee categorieën investeringen (met economisch nut en met maatschappelijk nut).
Daaraan is een derde categorie aan toegevoegd: Investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven. Bij deze categorie valt te denken aan investeringen in riolering en de begraafplaats.

Financiële vaste activa
De financiële vaste activa worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs. De waarde van de geldleningen uitgeleend geld wordt verminderd met de jaarlijks ontvangen aflossingen. Kapitaalverstrekkingen aan gemeenschappelijke regelingen en leningen u/g zijn opgenomen tegen nominale waarde. Zo nodig is een voorziening voor verwachte oninbaarheid op de boekwaarde in mindering gebracht. Participaties in het aandelenkapitaal van NV’s en BV’s ("kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen" in de zin van het BBV) zijn gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs van de aandelen. Indien de waarde van de aandelen structureel mocht dalen tot onder de verkrijgingsprijs zal afwaardering tot marktwaarde plaatsvinden. Tot dusver is een dergelijke afwaardering niet noodzakelijk gebleken. De actuele waarde ligt ruim boven de verkrijgingsprijs. Obligatieportefeuilles worden gewaardeerd tegen de verwachte aflossingswaarden. Het verschil met de destijds betaalde verkrijgingsprijs wordt als transitorische (rente)post in de balans opgenomen. Dit verschil wordt in het resultaat opgenomen in de (gemiddelde) resterende looptijd tot aflossing/uitloting.

Voorraden onderhanden werk (complexen Grondexploitatie)
Dit betreft de boekwaarde per balansdatum van gronden welke in exploitatie zijn genomen. De complexen zijn gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijzen, inclusief de aan de boekwaarde toegerekende financieringskosten en verminderd met de ontvangen bedragen wegens grondverkopen. Indien de marktwaarde lager is dan de verkrijgings- of vervaardigingsprijs, worden voorraden tegen lagere marktwaarde gewaardeerd. Het treffen van een voorziening gebeurt bij een geprognosticeerd verlies direct ter grootte van dit volledige verlies. Eventueel kan tussentijds winst genomen worden op basis van de "percentage of completion" methode die door de Commissie BBV is voorgeschreven. In specifieke gevallen kan de raad in lijn met de Nota Grondbeleid 2021 een andere winstafslag nemen op basis van projectspecifieke risico's. Voorwaarde is, dat dit dan wel voldoende onderbouwd is. Bij tussentijds winstnemen staat het voorzichtigheidsbeginsel centraal. Na de administratieve afwikkeling van de complexen worden de resultaten in beginsel ten gunste of ten laste van de reserve Grondexploitatie gebracht. Complexen worden administratief afgewikkeld nadat alle percelen zijn verkocht c.q. nadat de feitelijke werkzaamheden nagenoeg geheel zijn uitgevoerd. Eventueel bij de afsluiting van nog resterende percelen worden tegen de vermoedelijke opbrengstwaarde opgenomen, terwijl eventueel dan nog te verwachten posten wegens afwerking van het complex e.d. aan de passiefzijde van de balans worden opgenomen. Er is rekening gehouden met de aftrek voorbelasting BTW en de compensatie vanuit het BTW-compensatiefonds. Dit geschiedt aan de hand van de verdeling conform het bestemmingsplan. Indien deze nog niet voorhanden was is uitgegaan van een forfaitair percentage (60% bouwkavel, 40% gemeenschapsvoorzieningen).

Voorraden grond- en hulpstoffen
De voorraden grond- en hulpstoffen (magazijnvoorraden) worden gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs.

Debiteuren, overige vorderingen en nog te ontvangen bedragen
De debiteuren c.a. zijn opgenomen tegen nominale waarden. Voor dubieuze debiteuren is een tweetal voorzieningen (reguliere debiteuren en debiteuren Sociale Zaken) getroffen.

Vorderingen en overlopende activa
De vorderingen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Voor verwachte oninbaarheid is een voorziening in mindering gebracht. De voorziening wordt statisch bepaald op basis van de geschatte inningskansen.

Liquide middelen
De liquide middelen zijn gewaardeerd tegen nominale waarde.

Reserves
Reserves worden gevormd c.q. opgeheven conform door de raad genomen besluiten. Onttrekking uit en toevoeging aan de reserves geschiedt conform daartoe strekkende raadsbesluiten. Aan de reserves wordt geen rente toegevoegd.
Met betrekking tot de bestemmingsreserves geldt dat de toevoegingen en beschikkingen maximaal het begrote bedrag mogen bedragen (een aantal uitzonderingen daargelaten). Afwijkingen verlopen via het rekeningresultaat en moeten in de (eerst mogelijke) voorjaars/najaarsrapportage alsnog verwerkt worden. Voor alle reserves worden onderbouwingsformulieren vervaardigd.

Voorzieningen
Voorzieningen worden gewaardeerd op het nominale bedrag van de betrokken verplichting c.q. het voorzienbare verlies. De pensioenverplichting ten behoeve van de wethouders wordt gewaardeerd op het reservevermogen per pensioendatum. Zo nodig wordt de omvang van de voorzieningen via extra dotaties of onttrekkingen aangepast aan de hand van een nieuwe inschatting van de omvang van de verplichtingen en risico's. Aan de voorzieningen wordt geen rente toegevoegd. Voor alle voorzieningen worden onderbouwingsformulieren vervaardigd. De onderhoudsegalisatievoorzieningen stoelen op een meerjarenraming van het uit te voeren groot onderhoud aan (een deel van) de gemeentelijke kapitaalgoederen, waarin rekening is gehouden met de kwaliteitseisen die ter zake geformuleerd zijn. In de paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen die is opgenomen in het jaarverslag is het beleid ter zake nader uiteengezet. Aan de onderhoudsvoorzieningen liggen beheerplannen ten grondslag.

Voorzieningen worden op grond van artikel 44 BBV gevormd voor:

  • Verplichtingen en verliezen waarvan de omvang op balansdatum onzeker is doch redelijkerwijs te schatten;
  • Bestaande risico's op balansdatum ter zake van verplichtingen of verliezen waarvan de omvang redelijkerwijs te schatten is;
  • Kosten die in een volgend begrotingsjaar worden gemaakt maar de oorsprong hebben in het begrotingsjaar of een eerder begrotingsjaar en de voorziening strekt tot kostenegalisatie;
  • Van derden verkregen middelen die specifiek besteed moeten worden, met uitzondering van de voorschotbedragen, bedoeld in artikel 49, onderdeel b.

De van de Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren of terugbetaald moeten worden, worden niet door middel van een voorziening verantwoord, maar als vooruitontvangen bedragen op de balans verantwoord (stelselwijziging per 1 januari 2008).

Reserves en voorzieningen
In de loop van het begrotingsjaar, maar in ieder geval bij het opstellen van de jaarstukken, wordt de omvang van de reserves en de voorzieningen bekeken. Waar noodzakelijk wordt er, binnen de door de raad gestelde kaders, afgeroomd of worden negatieve standen aangevuld.

Vaste schulden
Vaste schulden worden gewaardeerd tegen de nominale waarde verminderd met gedane aflossingen. De vaste schulden hebben een rentetypische looptijd van één jaar of langer. De aflossingen die binnen een jaar vervallen, worden uitsluitend in de toelichting apart vermeld evenals de daarmee gepaard gaande rentelast in het betreffende begrotingsjaar. De waardering van de verplichting uit hoofde van de financial leasing van de vervoermiddelen vindt plaats tegen de contante waarde van de contractueel verschuldigde leasetermijnen.

Vlottende passiva
De vlottende passiva worden gewaardeerd tegen de nominale waarde. De voorschotbedragen met betrekking tot van derden verkregen middelen die specifiek besteed moeten worden als bedoeld in artikel 49, onderdeel b. worden als vooruitontvangen post opgenomen.

Borg- en garantstellingen
Voor zover leningen door de gemeente gewaarborgd zijn, is buiten de balanstelling het totaalbedrag van de geborgde schuldrestanten per einde boekjaar opgenomen. Overigens is in de toelichting op de balans nadere informatie opgenomen.

(leges)Tarieven
De (leges)tarieven worden niet gecorrigeerd voor de via het BTW-compensatiefonds ontvangen BTW.

Omzet
De jaaromzet is het totaal van de programma's en het overzicht Algemene Dekkingsmiddelen en het overzicht Onvoorzien. Vanaf 1996 is besloten om het product "Grondexploitatie" buiten de berekening te houden.
Met betrekking tot de goedkeuringstoleranties geldt dat:

  • Ten aanzien van fouten in de jaarrekening 1% van de omvangsbasis en;
  • Ten aanzien van onzekerheden in de controle 3% van de omvangsbasis.

De omvangsbasis is gelijk aan de totale lasten van de gemeente. In de toelichting op de wetgeving staat dat de goedkeuringstolerantie wordt berekend op basis van een percentage van de totale lasten. Dit is het totaal van de programma's en het overzicht Algemene Dekkingsmiddelen en het overzicht Onvoorzien. Dus inclusief de Grondexploitatie.

Saldo van de rekening van baten en lasten
In overeenstemming met het BBV wordt het rekeningsaldo afzonderlijk opgenomen op de balans. Op voorstel van het college van burgemeester en wethouders wordt door de raad een bestemming c.q. dekking aan dit saldo gegeven.

Niet uit de balans blijkende verplichtingen
Behalve de in de balans op te nemen (voorwaardelijke) verplichtingen, kunnen er ook verplichtingen bestaan, die (nog) niet in aanmerking komen voor verwerking in de balans. In het BBV is aangegeven dat de gemeente zelf beleid moet formuleren wat “belangrijke verplichtingen” zijn. Gemeente Ermelo kiest als beleidslijn dat verplichtingen met een contractwaarde boven de Europese aanbestedingsgrens belangrijke verplichtingen zijn. Ook kan hierbij worden gedacht aan verplichtingen, die kunnen ontstaan uit verstrekte garanties jegens derden en gewaarborgde geldleningen. Voor zover leningen door de gemeente gewaarborgd zijn, is buiten telling het totaalbedrag van de geborgde schuldrestanten per einde boekjaar opgenomen. Overigens is in de toelichting op de balans nadere informatie opgenomen.

BTW
Enkel de inkoop-BTW op facturen met een factuurdatum in 2024 kan in 2024 worden gedeclareerd. De in rekening gebrachte inkoop-BTW moet conform de Wet op de Omzetbelasting 1968 alsmede de Wet op het BTW Compensatiefonds in het tijdvak worden verantwoord dat correspondeert met de factuurdatum. Dit betekent dat de BTW van facturen gedateerd vóór 31 december 2024 verantwoord wordt in 2024 en de BTW van facturen gedateerd ná 31 december 2024 eerst verantwoord wordt in 2025.

Rechtmatigheidsverantwoording
De in de jaarrekening opgenomen rechtmatigheidsverantwoording is opgesteld op basis van de kaders zoals besloten in de Financiële Verordening en de Kadernota Rechtmatigheid van de (landelijke) Commissie BBV. Dat betekent dat:

  • De rechtmatigheidsverantwoording toeziet op de financiële rechtmatigheid van baten, lasten, balansmutaties, alsmede de baten en lasten inzake de specifieke uitkeringen op grond van art. 17 Financiële-verhoudingswet;
  • De financiële rechtmatigheid omvat:
    • Voor het voorwaardencriterium bestaat de norm uit het normenkader zoals op 9 april 2025 door de raad is vastgesteld;
    • Voor het begrotingscriterium geldt dat alle overschrijdingen van lasten en investeringskredieten onrechtmatig zijn, waarbij voor een aantal scenario’s in de Financiële Verordening 2023 is beschreven wanneer deze overschrijdingen acceptabel zijn. Voor over- en onderschrijdingen van baten, onderschrijdingen van lasten en onderschrijdingen van investeringskredieten geldt dat deze als onrechtmatig zijn aangemerkt indien ze niet tijdig aan de raad zijn gemeld;
    • Ten aanzien van het M&O criterium is de Nota M&O beleid leidend bij het voorkomen en opsporen van misbruik- en oneigenlijk gebruik. Omdat alleen bij misbruik sprake is van een onrechtmatigheid, zijn eventuele gevallen van misbruik (mits cumulatief met andere fouten of onduidelijkheden boven de verantwoordingsgrens) opgenomen in de rechtmatigheidsverantwoording.
  • De rechtmatigheidsverantwoording is opgesteld binnen de kaders van de Kadernota Rechtmatigheid 2024 van de Commissie BBV alsmede de eigen Financiële Verordening 2023. Dit betekent dat:
    • Een verantwoordingsgrens van 3%  is gehanteerd waarboven cumulatieve fouten en onduidelijkheden in de rechtmatigheidsverantwoording worden opgenomen;
    • Een rapporteringstolerantie van € 50.000 is gehanteerd waarboven fouten en onduidelijkheden in de paragraaf Bedrijfsvoering worden opgenomen.

Overzicht afschrijvingstermijnen

Terug naar navigatie - Overzicht afschrijvingstermijnen

Overzicht afschrijvingstermijnen

Terug naar navigatie - Overzicht afschrijvingstermijnen

De Nota Waarderen, Activeren en Afschrijven van Vaste Activa (WAAVA) is in de raadsvergadering van 6 december 2023 vastgesteld. De werking is ingegaan op 1 januari 2023. In deze nota is een afschrijvingstabel als bijlage opgenomen (zie hieronder).
 
Afschrijvingstermijnen investeringen economisch nut:

Soort actief

Afschrijvingsduur (in jaren)

Materiële vaste activa
Grond/ondergrond Geen afschrijving
Riolering: vrijvervalriolering 75
Riolering: gemalen bouwkundig gedeelte 60
Riolering: gemalen mechanisch/elektrisch 15
Riolering: persleidingen 60
Riolering: mechanische riolering, bouwkundig 40
Riolering: mechanische riolering, mechanisch/elektrisch 20
Gebouwen/woningen (permanent) 40
Gebouwen (niet-permanent)/noodlokalen 20
Gebouwrenovaties 15
Renovatie toren Oude Kerk 40
Woonwagens 50
Vaste inrichting bedrijfsgebouwen/scholen 20
Installaties en inrichting gebouwen (liften, cv e.d.) 20
No Break-systeem (continuïteit netspanning automatisering): hardware 15
No Break-systeem (continuïteit netspanning automatisering): accu's 5
Sociaal culturele accommodaties: audiovisuele middelen 5
Sociaal culturele accommodaties: toneel/- balletvloer 10
Technische infrastructuur (onder- en bovengronds): veiligheidsvoorzieningen, telefooninstallaties, e.d. 15
Zonnebanken 5
Circulatiepompen zwembad 15
Huishoudelijke apparatuur 10
Inventaris/meubilair/onderwijsleerpakketten 20
Bureaus 10
Bureaustoelen 7
Mobilofoons (BHV) 8
Automatiseringsapparatuur*: netwerkbekabeling 10
Automatiseringsapparatuur: software 5
Automatiseringsapparatuur: hardware 4
Automatiseringsapparatuur: driejaarlijks groot onderhoud 3
Bedrijfswagens/tractie/schaftwagens 6-10
Personenauto's (dienstwagens) 8
Klepelmaaier 6
Maaimachines 5
Werktuigen/machines/gereedschap 10
Immateriële vaste activa
Kosten van onderzoek en ontwikkeling                                                                                                  0-5
Financiële vaste activa
Deelnemingen Niet toegestaan
Bijdragen aan activa in eigendom van derden Maximaal de termijn die voor een soortgelijk actief in volle eigendom wordt gehanteerd.

* Automatisering gerelateerde investeringen vallen met ingang van 2015 geheel onder Meerinzicht.

Afschrijvingstermijnen investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut:

Soort actief

Afschrijvingsduur (in jaren)

Materiële vaste activa
Aanlegkosten/renovatie wegen/straten/pleinen/voet- en fietspaden 20 
Aanlegkosten/renovatie sportterreinen 20
Lava-sportvelden 20
Toplagen kunstgrasvelden 10
Plantsoenreconstructies 20
Aanlegkosten snelheids-remmende voorzieningen 15
Renovatie/aanleg speelplaatsen 10
Verkeerslichten 15
Lichtmasten openbare verlichting 40
Armaturen openbare verlichting 20
Solar studs openbare verlichting 8
Groepsremplace openbare verlichting 4
SOX-lampen openbare verlichting 2
Immateriële vaste activa
Kosten van onderzoek en ontwikkeling 0-5